Print deze pagina

vrijdag, 29 april 2016

31 mei 2016: ultieme datum voor schenkingen van effecten of geldbeleggingen met voorbehoud van vruchtgebruik voor een Nederlandse notaris?

Murielle Gijbels en Alain Van Geel

Op 4 april 2016 heeft de Vlaamse Belastingdienst (Vlabel) een nieuw standpunt gepubliceerd waardoor schenkingen van effecten of geldbeleggingen met voorbehoud van vruchtgebruik verleden voor een buitenlandse notaris steeds onderworpen zijn aan het successierecht, ook als deze schenking meer dan 3 jaar geleden (of 7 jaar indien het een schenking van aandelen van een familiale vennootschap betreft) heeft plaatsgevonden. In feite impliceert dit standpunt dat de risicoperiode van 3 jaar (of 7 jaar) onbeperkt verlengd wordt voor schenkingen met voorbehoud van vruchtgebruik van effecten of geldbeleggingen die gedaan werden voor een buitenlandse notaris. Op 25 april 2016 heeft Vlabel zijn standpunt als volgt aangevuld: “Het standpunt inzake de gesplitste inschrijvingen is geldig voor alle inschrijvingen vanaf 1 juni 2016.” Mits een correcte uitvoering van de schenkingsakte, laat Vlabel het verleden dus met rust en wordt aan de Vlaamse belastingplichtigen nog iets meer dan één maand de tijd geboden om zich aan te passen aan de – nog steeds zeer betwistbare – visie van Vlabel.

Waarover gaat het?

Een concreet voorbeeld kan de implicaties van voormeld standpunt verduidelijken: ouders (Belgisch fiscaal rijksinwoners) wensen aan hun zoon de blote eigendom van een beleggingsportefeuille te schenken. De ouders zullen zich het vruchtgebruik voorbehouden zodat zij tijdens hun leven onder meer de interesten en dividenden verder zullen ontvangen. Voor de praktische uitvoering van deze schenking hebben de ouders volgende mogelijkheden:

- De ouders kunnen schenken voor een Belgische notaris waardoor de 3% schenkbelasting verschuldigd zal zijn op de waarde van de volle eigendom van de beleggingsportefeuille. Bij het overlijden van de ouders is er in principe geen successierecht verschuldigd.

- De ouders kunnen schenken voor (bijvoorbeeld) een Nederlandse notaris. Een schenking van roerende goederen is volgens de wettekst niet verplicht registreerbaar zodat er in België geen schenkbelasting verschuldigd is. Indien (één van) de ouders zouden overlijden binnen de drie jaar na de schenking, zijn dan wel de progressieve tarieven van de erfbelasting verschuldigd over het gedeelte dat de overleden ouder geschonken heeft. Dat een schenking voor een Nederlandse notaris mogelijk is, wordt bevestigd door de Vlaamse Belastingdienst in de Omzendbrief 2015/1.

In uitvoering van de gedane schenking, geven de ouders aan hun financiële instelling de opdracht om de geschonken beleggingsportefeuille over te schrijven op een rekening geopend in vruchtgebruik – blote eigendom op naam van de ouders-vruchtgebruikers en hun zoon-blote eigenaar. Deze inschrijving van de beleggingsportefeuille in vruchtgebruik-blote eigendom betreft een zogenaamde “gesplitste inschrijving van effecten”.

Op basis van een fictiebepaling in de Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF), worden dergelijke “gesplitste inschrijvingen” geacht als legaat in volle eigendom aanwezig te zijn in de nalatenschap van de ouders, behoudens indien bewezen wordt dat de verkrijging door de zoon geen bedekte bevoordeling is, d.w.z. indien aangetoond kan worden dat de zoon de blote eigendom heeft verkregen ingevolge een “openlijke” schenking.

Gesplitste inschrijvingen vanaf 1 juni 2016

Vlabel heeft in dat kader op 4 april 2016 (zoals aangevuld op 25 april 2016) het standpunt ingenomen dat voor gesplitste inschrijvingen vanaf 1 juni 2016 – in navolging van het standpunt voor de zogenaamde gesplitste aankopen – enkel een in België geregistreerde schenkingsakte als tegenbewijs kan dienen om het vermoeden van een bedekte bevoordeling in hoofde van de zoon te weerleggen. Dit vermoeden speelt onbeperkt in de tijd en dus ook buiten de 3 (of 7) jaarsperiode. Een in het buitenland verleden schenkingsakte die niet in België geregistreerd werd alvorens de gesplitste inschrijving plaatsvindt, zou vanaf 1 juni 2016 – althans volgens Vlabel - niet langer volstaan als tegenbewijs. Indien de ouders er dus vanaf 1 juni 2016 zouden voor opteren om de schenkingsakte van de beleggingsportefeuille met voorbehoud van vruchtgebruik te laten verlijden voor een Nederlandse notaris en zij overlijden 20 jaar later, dan is de zoon – ingevolge het nieuwe standpunt – successierecht verschuldigd.

Dit standpunt is juridisch niet correct en vindt geenszins steun in de parlementaire voorbereiding bij het oude Wetboek Successierechten, noch in de wettekst aangezien enkel “bedekte bevoordelingen” geviseerd worden. In het voorliggende geval is er een notariële schenkingsakte met vaste datum voorhanden, zodat er geen sprake kan zijn van een bedekte bevoordeliging.

Onze argumenten tegen dit standpunt werden op de dag van de publicatie reeds geformuleerd en overgemaakt aan de verantwoordelijken. Inmiddels heeft overleg tussen de diverse actoren plaatsgevonden en heeft Vlabel het temporele toepassingsgebied beperkt tot gesplitste inschrijvingen vanaf 1 juni 2016. Dat is nochtans niet voldoende aangezien een administratief standpunt niet kan ingaan tegen een duidelijke wettekst die enkel spreekt over “bedekte” bevoordelingen en bovendien het tegenbewijs toelaat met alle middelen van recht. Het mag te verhopen zijn dat Vlabel (net als de federale fiscale administratie in 2014) zich – al dan niet op grond van een rechterlijke beslissing – in lijn zal stellen met de decretale bepalingen en met de bedoeling van de decreetgever (en destijds de wetgever) en zodus dit standpunt alsnog zal intrekken. Dit standpunt vertolkt uiteraard slechts de visie van Vlabel en is geenszins juridisch bindend. Het komt immers enkel aan de decreetgever toe om de draagwijdte van de bepalingen vast te stellen, niet aan Vlabel.

Merken we hierbij nog op dat het standpunt ook onverwachte gevolgen met zich meebrengt: Nemen we bijvoorbeeld de situatie waar ouders bijvoorbeeld 20 jaar geleden een bankgift gedaan hebben van een geldsom aan hun zoon. De documenten ter bevestiging van de bankgift werden niet spontaan ter registratie aangeboden in België en er werd dus geen schenkbelasting over de bankgift betaald. Ouders en hun zoon hebben hiermee een onroerend goed aangekocht: de ouders voor het vruchtgebruik, de zoon voor de blote eigendom. Het onroerend goed wordt op 5 juni 2016 verkocht. De ouders wensen thans de ontvangen verkoopprijs in vruchtgebruik/blote eigendom te blijven aanhouden en de verkoopprijs wordt bijgevolg gestort op een rekening vruchtgebruik/blote eigendom. Dat betreft - althans volgens de Vlaamse Decreetgever - een gesplitste inschrijving van “geldbeleggingen” waarop het nieuwe standpunt dus van toepassing zou zijn. In deze situatie zou de zoon dus enkel nog het tegenbewijs kunnen leveren met een in België geregistreerde schenkingsakte… Dat is uiteraard nooit de bedoeling van de wetgever geweest en toont het foutief karakter van dit standpunt nog eens te meer aan.

Uit het aangehaalde voorbeeld blijkt wel dat het nog meer dan tevoren aangewezen is om op voorhand even te stil te staan bij de (fiscale) gevolgen van op het eerste zicht neutrale transacties.

Gesplitste inschrijvingen tot en met 31 mei 2016

Ingevolge de aanvulling van 25 april 2016, zal Vlabel het standpunt enkel toepassen voor gesplitste inschrijvingen vanaf 1 juni 2016. Merk op dat Vlabel de datum van de gesplitste inschrijving als ijkpunt neemt en niet de datum van de schenking. Belangrijk is dus dat zowel de schenking als de gesplitste inschrijving (in ons hogervermeld voorbeeld: de overschrijving van de beleggingsportefeuille op een rekening in vruchtgebruik/blote eigendom) uiterlijk op 31 mei 2016 plaatsvinden. De schenkingsakte alleen volstaat – althans volgens Vlabel en opnieuw betwistbaar – niet.

Indien u dus in het verleden schenkingen van effecten of geldbeleggingen met voorbehoud van vruchtgebruik gedaan heeft voor een buitenlandse notaris en indien deze schenkingen niet (spontaan) geregistreerd werden in België, is het dus uitermate belangrijk om uiterlijk in de loop van de maand mei na te gaan of de schenkingsakte correct werd uitgevoerd en aldus de gesplitste inschrijving heeft plaatsgevonden. Zo ja, dan is het nieuwe standpunt niet van toepassing en blijft alles dus (gelukkig) bij het oude.

Indien u nog voornemens bent om schenkingen met voorbehoud van vruchtgebruik van effecten of geldbeleggingen (bijvoorbeeld een beleggingsportefeuille) uit te voeren voor een Nederlandse notaris, heeft u hiervoor nog iets meer dan één maand de tijd. Voor wat betreft (certificaten ter vertegenwoordiging) van aandelen van familiale vennootschappen stelt deze tijdslimiet zich niet vermits de schenkingsakte in België geregistreerd dient te worden om te kunnen genieten van het gunstregime. Hier is bijgevolg in principe steeds een (tegen 0%) in België geregistreerde schenkingsakte voorhanden. Om de concrete implicaties van het standpunt in uw dossier te analyseren en om zo nodig alles in goede banen te leiden om de gewenste planning tijdig uit te voeren, kunt u ons uiteraard contacteren.

Indien Vlabel zijn standpunt zou handhaven, zijn er uiteraard ook na 1 juni 2016 nog mogelijkheden voorhanden om uw vermogen met het nodige inkomsten- en controlebehoud over te dragen aan de volgende generatie. Wij bekijken en bespreken deze mogelijkheden dan graag met u.

Indien u hieromtrent bijkomende vragen hebt of inlichtingen wenst, kunt u ons steeds contacteren.


Voor meer info:
Alain Van Geel – Vennoot (alain.vangeel@tiberghien.com)
Murielle Gijbels – Senior Associate (murielle.gijbels@tiberghien.com)

Murielle Gijbels en Alain Van Geel